TEKST EN FOTO'S STEFAN MAAS
'Au fil du Fleuve’ is het motto van de ViaRhôna, ofwel ‘ga met de stroom mee’. In dit geval volg je de Rhône vanaf het Meer van Genève en eindig je na 815 fietskilometers bij de Middellandse Zee.
De ViaRhôna is nog in ontwikkeling. Wie de routekaart bekijkt, ziet vele kleurtjes. Groen voor de voies vertes, de ‘groene wegen’ voor niet-gemotoriseerd verkeer, oranje zijn wegen die je deelt met ander verkeer, rood is een voorlopig traject en bij zwart is er nog geen route uitgestippeld. Het is dus een beetje puzzelen, maar sinds eind 2016 is de hele route in ieder geval bewegwijzerd, ook de provisorische, tijdelijke trajecten. En de plannen gaan nog verder. Als de Route du Rhône in Zwitserland met de ViaRhôna wordt verbonden, ontstaat een Europese fietsweg met een lengte van 1115 kilometer die de naam EuroVelo 17 zou krijgen…
Maar dat staat allemaal in de planning voor 2020 en de blauwe Méditerranée is nog heel ver weg. We zijn in hartje Lyon, een van steden langs de Via én het startpunt van onze reis. Half vakantievierend Nederland rijdt er elke zomer met de auto dwars doorheen zonder er ooit te stoppen. Fietsers die de ViaRhôna volgen, zullen de plaats zeker niet links laten liggen. Daarvoor heeft Lyon ook te veel te bieden. Voor fijnproevers is het een topspot; de Lyonese keuken staat hoog aangeschreven. Er zijn meer dan 2.000 restaurants, variërend van de fameuze bouchons, lokale eettenten, tot Michelinster-restaurants.
Zelf fietsen we door Vieux-Lyon, de oude stad. Kenners weten hier de ‘traboules’ te vinden, doorgangen tussen twee parallelle straten. Je opent een zware deur en loopt dwars door woongebouwen en via binnenplaatsen naar de volgende straat. Het zijn geheimzinnige, stille passages, met wenteltrappen en wasgoed dat roerloos aan de lijn hangt. Bij de Fourvière-heuvel gaan we nog verder terug in de tijd. We kijken uit op een groot Romeins theater met 10.000 zitplaatsen. Ooit was dit het uitgaanscentrum van Lugdunum, de Romeinse kolonie die hier in 43 voor Christus werd gevestigd. Nu vormt het theater het decor voor culturele festivals als ‘Les Nuits de Fourvière’.
Even verderop, in het gebied waar de Saône uitmondt in de Rhône, staat het nieuwe Musée des Confluences. Het gebouw is het moderne gezicht van de stad en omringt je als een kristallen wolk van staal en glas. Ook de presentaties in het binnenste zijn opmerkelijk. Menselijke skeletten, opgezette neushoorns, giraffen en glimmende machines wisselen elkaar af op de vaste tentoonstellingen.
Romeinse sporen
In Vienne, dertig kilometer zuidelijk van Lyon, pikken we de route van de ViaRhôna op. Ook hier hebben de Romeinen sporen achtergelaten. Het is een behoorlijke klim naar de bovenste rij zitplaatsen van het Romeins theater in het centrum. Vienne was een grote, belangrijke plaats in het Romeinse imperium. Steek een spade de grond in, en je haalt waarschijnlijk wel een Romeins object naar boven. Een gebied van drie hectare biedt een kijkje op de restanten van een voormalige wijk. En schoolklassen verdringen zich in het Musée de Saint-Romain-en-Gal / Vienne om prachtige Romeinse mozaïeken.
De Via leidt ons uiteindelijk weg uit de stad. Langs de Rhône zakken we af naar het zuiden, overwegend over voies vertes en rustige landweggetjes. Dorpjes, wijngaarden en natuurlijk het blauwe lint van de rivier bepalen het beeld. ‘Moeilijkheidsgraad: familieniveau’, vermeldt het digitale routeboekje veelal. En dat klopt, want hoogteverschillen zijn er op dit traject nauwelijks. En mochten er zich wel steile klimmetjes aandienen, dan fietsen we nog steeds met een glimlach omhoog dankzij onze e-bikemotortjes.
Af en toe rijden we over spiksplinternieuwe voies vertes, keurig bewegwijzerd en voorzien van de nodige picknicktafels. Over zo’n voie verte is het fietsen als god in Frankrijk. Het land heeft in de afgelopen jaren het fietslicht gezien; in 2020 zal het nationale fietsroutenetwerk zo’n 20.000 kilometers tellen. Wie had dat twintig jaar geleden durven te voorspellen?
Châteauneuf-du-Pape
Op weg naar het zuiden passeren talloze dorpjes, kastelen, monumenten en wijnstreken de revue, die elk hun eigen verhaal en historie hebben. Wie er geen oor voor heeft, mist een dimensie van de Via. We dwalen rond in de gezellige binnenstad van Valence, de eerste grote stad na Lyon, waar volgens de Fransen het echte Zuid-Frankrijk begint.
Of neem Châteauneuf-du-Pape, een ‘plaatje’ van een wijndorp, gebouwd op een heuvel. Rode wijnen strelen onze kelen in het plaatselijke Maison des Vins, de heuveltop biedt schitterende uitzichten over de verre omgeving. Veel van die onbekende plaatsen langs de Rhône hebben onverwachte juweeltjes binnen de stadsgrenzen.
In Tarascon verheft zich het imposante kasteel van de vroegere koning René langs de Rhône. De straten in het historische stadscentrum zijn vrijwel verlaten. Maar ook in dat stille centrum is wat te beleven. Even later zijn we omringd door modieuze poppen, met kleurige kleding van Souleiado. Het merk heeft een museum in de stad waar je meer te weten komt over de historie van Provençaalse bedrukte stoffen.
Amfitheater Arles
De Via leidt niet naar Rome, wel naar de meest Romeinse stad in de Provence en Alpes Côte d’Azur: Arles. Dat Romeinse karakter is niet zo vreemd, want Julius Caesar stichtte hoogstpersoonlijk deze plaats. Monumenten uit de klassieke oudheid domineren nog steeds het centrum. Vóór de toeristenstroom op gang komt, wandelen we door het Arlese amfitheater.
Vreemd: nadat de wagenmenners en gladiatoren het strijdtoneel hadden verlaten, zijn binnen de muren van de arena 200 huizen en twee kapellen gebouwd. Tot 1825 was dit amfitheater ‘gewoon’ een woonwijk van Arles. Tijdens de stierengevechten van de paasferia is de arena afgeladen met toeschouwers. Naast de bloedige Spaanse variant van het stierenvechten, is ook een Zuid-Franse versie te zien: de course camarguaise. Stieren uit de Camargue verliezen hierbij niet hun leven, maar alleen een strikje, cocarde, dat tussen de hoorns is gebonden. En de matadoren, bij deze variant razeteurs genoemd, zwaaien niet met rode doeken, maar rennen rond in een poging het strikje te bemachtigen met behulp van een kam. Aan het einde van de wedstrijddag worden de dieren geëerd met een concert. Volgens onze gids genieten ze daar zichtbaar van.
Pont Van-Gogh
Arles is de poort naar de Camargue, waar zwarte stieren opduiken in het vlakke, groene landschap. Het laatste deel van de Via volgt een kanaal, een blauwe streep door een eenzaam gebied met veel gras, riet en klaprozen. Het uitzicht is… Hollands. Fietsen is hier relaxt; het pad is vlak en er is geen autoverkeer. Maar die rust kan omslaan als de mistral zich aandient, hoor ik, en met stormkracht door het Rhônedal raast.
Bij een simpel houten ophaalbruggetje knijpen we in de remmen. Dit is Pont Van-Gogh. Enkele kilometers naar het noorden zette de Brabander zijn ezel neer om diverse malen de brug van Langlois te schilderen. Later, na zijn dood, is een kopie van het ondertussen afgebroken bruggetje op deze plek gebouwd. Van Gogh woonde een jaar in Arles en produceerde er aan de lopende band topstukken, totdat hij getroffen werd door een psychische aanval. Een locatie in de stad als Café du Forum, het ‘Caféterras bij nacht’ uit 1888, kreeg wereldfaam door zijn penseelstreken en bepaalde ook deels ons beeld van Frankrijk. En zo heeft de ViaRhôna, die lange fietsweg van het Meer van Genève naar de Middellandse Zee, ook een connectie met deze icoon uit de kunstwereld.
Info: www.viarhona.com. Zie ook de site van de regio Rhône-Alpes voor tips voor uitstapjes in dat gebied. Voor meer informatie over Frankrijk als vakantieland: www.france.fr.
Traject (nog niet alle etappes zijn uitgezet):
Lees ook: